Deel1: Ernest Le Deley en de opkomst van de zichtkaarten deel 1
In deel 1 zagen we hoe Ernest Le Deley eind 1898 de phototypie zaak van Henri Racle in de Rue Claude Bernard 73 overneemt. 14 jaar daarvoor heeft André Quinsac zich daar als eerste als 'phototypeur gevestigd. Na zijn overlijden heeft Louis Rouillé en daarna Henri Racle de zaak en het fonds overgenomen. Beide kampten ze al vlug met schulden en waren tenslotte gedwongen alles te verkopen.
André Quinsac heeft, wanneer hij de zaak opent in 1886 de reputatie van de 'beste' phototypie drukker te zijn in Frankrijk. Hij haalt op diverse internationale tentoonstellingen gouden medailles. Er moet natuurlijk ook geld verdiend worden. Phototypie wordt in die periode vooral gebruikt om fotografische afbeeldingen te maken van kunstvoorwerpen, schilderijen, verzamelobjecten zoals munten, wandtapijten, monumenten, landschappen, enz.. die dan opgenomen worden in boeken, tijdschriften of catalogussen, of om een fac-similé te drukken van een manuscript, aquarel of tekening. Er is ook concurrentie en veel hangt dus af van de reputatie van de drukker om nieuwe opdrachten binnen te halen. Rouillé en Racle kunnen dan wel publiciteit maken als opvolger van André Quinsac, maar dat biedt nog geen garantie dat ze even bekwaam zijn.
Er is echter sedert een aantal jaren een nieuw medium waarbij phototypie kan gebruikt worden: de zichtkaart. In 1889 worden ter gelegenheid van de Wereldtentoonstelling 300.000 kaarten gedrukt met een gravure van de nieuwe Eiffeltoren. In de zomer van 1891 bracht Dominique Piazza uit Marseille de eerste kaart(en) uit met een foto gedrukt met phototypie. Postkaarten worden dan ook populairder in de loop van de jaren 90, maar er is zeker nog geen sprake van een rage. Pas in 1898 neemt de Almanach du Commerce van Paris een eerste keer de rubriek 'Cartes Postales' op, waaronder alleen een Adolph Philipp wordt vermeld. Een jaar later zijn ze toch al met vijf. En dat aantal zal begin 1900 supersnel groeien.
![]() |
1899 |
Er zijn wel tekens dat de postkaart wel eens een goedverkopend artikel zou kunnen worden, en dat phototypie dé methode is om kaarten met een scherpe afbeelding te drukken. Ernest Le Deley denkt echter niet in de eerste plaats aan 'postkaarten' wanneer hij de zaak van Racle overneemt. Hij wil in Parijs een phototypiedrukkerij openen zoals zijn vriend Edmond Laussedat uit Châteaudun, waar hij bijna 10 jaar voor gewerkt heeft.
De Almanach du Commerce van Parijs vermeldt in 1899 nog Henri Racle in de Rue Claude-Bernard 73, maar Ernest nam de zaak maar over eind 98 en dat is al te laat voor de deadline van de Almanach. 1900 is dus het eerste jaar dat hij publiciteit voor zijn zaak kan laten plaatsen in de Almanach. Onder 'Cartes Postales' zijn nu al een 20-tal namen terug te vinden, en ook Ernest staat daartussen, maar alleen met zijn naam en adres en een verwijzing naar de rubriek phototypie. Daar is zijn advertentie heel wat groter en door een vreemde speling van het lot en vooral van het alfabet wordt hij direct onder zijn voomalige werkgever Edmond Laussedat geplaatst, die ook een atelier heeft in Parijs. Ernest vermeldt dat hij de opvolger is van Quinsac, de grote naam in phototypie. Racle en Rouillé worden overgeslagen. Hij heeft zich al ingeschreven voor de komende Wereldtentoonstelling in Parijs, van 15 april tot 12 november.
![]() |
Rue Claude Bernard 73 |
Negen jaar na de geboorte van Jean Marius wordt op 5 mei 1902 in de Rue Claude Bernard 73 een tweeling geboren, twee meisjes, Germaine Ernestine en Jeanne Josephine Le Deley. Jeanne overlijdt in 1903 op 17 april. Drie jaar later krijgen Ernest en Josephine nog een vijfde zoon, Ernest Louis.
Dat Ernest Le Deley commercieel inzicht heeft en van plan is van zijn zaak een succes te maken wordt al direct bewezen. Na zijn deelname aan de wereldtentoonstelling brengt hij een jaar later een album van de tenstoonstelling uit op groot formaat (38,50/29cm) met 50 grote afbeeldingen. Hij brengt ook een eerste album uit in de reeks 'France Pittoresque et Monumentale'.
![]() |
Le Temps - 2 september 1901 |
1902 -'Le Merveilleux'
Op 28 augustus 1902 krijgt Ernest een brevet (patent) voor 15 jaar voor zijn 'Stéromobile le merveilleux', een apparaat waarmee je stereoscopische kaarten kunt bekijken. (Stereoscopie - Wikipedia)
Foto hierboven : Le Compendium: Stéréo Mobile Le Merveilleux
Ernest geeft daarna series uit van 12 kaarten, verpakt in een enveloppe, waaronder een paar mooie series van Parijs.
![]() |
Almanach du Commerce 1904 - merken |
![]() |
Met publiciteit - echt of gemonteerd? |
Wat er gebeurt met Duval is niet bekend maar een jaar later heeft Charles L'Hopital de zaak van Duval overgenomen. In zijn publiciteit hieronder zien we een afbeelding van een anker met de letters JD en een zwarte C die verwijzen naar J.Duval Cie. De nieuwe kaarten krijgen een L in het anker.
In 1905 gaat de tweede' Foire de Paris' door georganiseerd door de CCIP (La Chambre de Commerce et d'industrie de Paris) in het 'Grand Palais', een grote, glazen tentoonstellingszaal gebouwd voor de Wereldexpo van 1900, aan de overkant van de serres Du Cours-la-Reine.
![]() |
Almanach Paris 1907 |
![]() |
x: Locatie winkel hoek Boulevard Sébastopol 127 en Rue de Tracy 1 |
![]() |
Nummer 79 laatste nummer linkerkant - Pharmacie Saunion |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten