zaterdag 17 juni 2017

Fossati-Mussely - de uitgever

Fossati-Mussely... de namen klinken onmiddellijk bekend bij de verzamelaars van Kortrijkkaarten. Fossati, in ieder geval geen Vlaamse achternaam. Op familienaam.be kunnen we vaststellen dat er in 2008 36 Fossati's woonden in België, hoofdzakelijk in de buurt van Charleroi. Op Forebears.io wordt bevestigd dat het om een Italiaanse achternaam gaat. In 2014 kwam de achternaam 11242 keer voor in Italië. En volgens hun lijst hadden dat jaar in België 22 personen deze achternaam.
In ieder geval zijn er al lang geen Fossati's meer terug te vinden in Kortrijk. Hoe kwam die Italiaanse achternaam in combinatie met een Vlaamse terecht op kaarten van Kortrijk? Voor we de kaarten zelf behandelen gaan we terug in de tijd om dit te achterhalen.
1. De Mussely-familie - Maria Louisa Mussely
Terug naar 1847 in Heule. Een periode van ziekte (typhusepidemie) en hongersnood in de streek. In de Peperstraat wordt op 31 maart om 1 uur 's nachts Maria Louisa Mussely geboren. Ze is de dochter van de 47-jarige fabricant Petrus Josephus Mussely uit Heule en zijn vrouw, Ida Francisca Messely. Ida is 39, geboren in Kuurne en is de dochter van Emmanuël Messely, die daar bakker is. Ze is op 19 november 1841 gehuwd met Petrus Josephus. Na het huwelijk gaat ze mee naar Heule.
Maria Louisa Mussely groeit op met 4 broers. In juni 1849 worden haar tweelingzusjes Leonia en Silvia geboren maar ze overlijden nog dezelfde maand. Maria Louisa is ook het middelste kind, twee broers zijn ouder en de twee andere jonger.
- Joannes Constantinus Mussely °23/12/1842
- Carolus Ludovicus Mussely °14/09/1844
- Henricus Josephus Nicolaus Mussely ° 28/04/1852
- Josephus Augustinus Mussely °03/03/1855
Als lijnwaadfabricant verdient vader Petrus Josephus genoeg om zijn kinderen een degelijke opvoeding te geven en ze naar school te laten gaan. Ze mogen ook verder studeren. De oudste Joannes Constantinus volgt de Latijse lessen in het Sint-Amandscollege in Kortrijk en is in 1863 laureaat in de Retorica. Hij vertrekt datzelfde jaar naar Brugge waar hij lessen gaat volgen in het Groot-Seminarie en daarna in het Engels Seminarie dat in 1857 werd opgericht door baron John Sutton. ( Het Engels Seminarie blijft bestaan tot 1873. Mgr. Désiré Dehaerne is rector van 1869 tot de sluiting.)
In het Engels Seminarie is Guido Gezelle één van de leraren van Joannes Constantinus. Guido geeft er lessen in filosofie en is ook onderrector. De bedoeling van dit Engels Seminarie is de leerlingen voor te bereiden op missiewerk  als priester in Engeland. In 1866 wordt Joannes Constantinus tot diaken gewijd in Brugge.
Gazette van Brugge 26/12/1866
In december 1867 wordt Constant tot priester gewijd. Hieronder uit de Brugse krant 'T Jaer 30:
In 1868 verlaat Constant België en reist naar Salford bij Manchester in Engeland. In 1871 woont hij met 2 Ierse priesters, Edward Cantwell (50) en Daniel O' Brien (29) in de St. Georges parochie in Manchester. Er wonen ook nog 3 dienstmeisjes bij hen in. In 1875 wordt hij priester in de St.Mary's parochie in Radcliffe. De parochie bestaat dan nog maar 12 jaar en in 1872 is er ook een katholieke school geopend. Wanneer Constant er toekomt bestaat de congregatie uit ongeveer 1012 personen. Er zijn 142 kinderen ingeschreven in de school. Er wordt in die periode ook een nieuwe kapel gebouwd die op 24 maart 1878 voor het eerst dienst doet.
Op 8 februari 1874 overlijdt Petrus Josephus Mussely in Heule. Of dat Constant thuis geraakt voor de begrafenis van zijn vader weten we niet, maar het is heel goed mogelijk. Zijn 10 jaar jongere broer Henricus heeft ondertussen zijn voorbeeld gevolgd. Nadat hij afstudeert in het Sint-Amandscollege vertrekt hij in december 1873 naar het grootseminarie van de Redemptoristen in hun klooster in Wittem, in Zuid-Limburg, Nederland. Hij wordt er in 1878 tot priester gewijd.
Bij het overlijden van haar vader is Maria Louisa Mussely bijna 27. Ze woont nog thuis en werkt als naaister. Twee van haar broers hebben een 'roeping', de andere twee worden beureaubediende. Charles Louis is in juli 1873 gehuwd in Dudzele met Philomena Vanzandweghe. Haar jongste broer Josephus Augustinus zal in juli 1880 in Ieper huwen met Emma Danneels.
2. De Fossati-familie - John Fossati
Maria Louisa bezoekt na 1868, samen met haar ouders, broers of alleen, verscheidene keren haar oudste broer in Manchester en later in Radcliffe. Constant heeft in Manchester de katholieke familie Fossati leren kennen. Joseph Fossati rond 1813 in Italië geboren is gehuwd met Mary Bianchi. Zij is 14 jaar jonger en geboren in Manchester. Haar vader is rond 1785 in Italië geboren en geëmigreerd naar Engeland. Joseph en Mary wonen in Tib Street waar Joseph een cementhandel heeft. Ze krijgen 4 kinderen:
- John Fossati °01/09/1847
- Joseph Fossati ° 1853
- Peter Fossati °1860
- Mary Fossati °1863
In de census van 1871 wordt Mary Bianchi al vermeld als weduwe. Het overlijden van Joseph Fossati is echter niet terug te vinden in de overlijdensregisters van het Manchesterdistrict waar Joseph woonde. Het is dus ook mogelijk dat Joseph al overleden is wanneer Constant Mussely het gezin leert kennen. De tweede oudste zoon, Joseph wil ook katholiek priester worden. Constant Mussely kan hem helpen om in Brugge les te volgen in het Engels seminarie. Dat wordt zoals eerder vermeld opgeheven in 1873, maar de lessen worden verder gegeven in het Grootseminarie.
In het najaar van 1874 overlijdt Joseph echter op jonge leeftijd in de Sint-Godelieveabdij van de zusters Benedictessen in de Boeveriestraat in Brugge. Hij is waarschijnlijk ziek geworden en wordt daar door de zusters verzorgd. Zijn jongere broer Peter Fossati zal later intreden bij de Benedictijnen.
Hieronder: overlijdensakte van Joseph Fossati. De akte vermeldt dat hij 19 is, maar hij is bijna 21 bij zijn overlijden.
Bij één van haar bezoeken aan haar oudere broer ontmoet Maria Louisa Mussely ook de Fossati-familie. Joseph Fossati, de oudste zoon is net als zijzelf in 1847 geboren. Ze leren elkaar beter kennen en besluiten om te trouwen. Ze doen dat in het voorjaar van 1878. Haar broer Constant is sedert 1875 priester in Radcliffe, een gemeente in het Burydistrict, ten noordwesten van Manchester. Ze huwen voor de wet in Bury en kerkelijk in de kapel van  Radcliffe. Na het huwelijk gaan ze in Manchester Tib Street 47 wonen waar John sedert het overlijden van zijn vader de cementhandel heeft overgenomen.
Ze krijgen er 4 kinderen:
- John Joseph Fossati °09 februari 1879 en gedoopt op woensdag 12 februari door zijn oom Constant Mussely in de St. Josephskerk in Goulden Street, Ancoats, een district van Mancheste, een paar 100 meter van Tib Street. 
- Peter Fossati °31 december  1880 en gedoopt  op 3 jnauari 1881 in de St Josephskerk door Constant Mussely. 
- Francis Fossati °09 augustus 1886 en gedoopt op 16 augustus 1886 in de St. Josephskerk door Constant Mussely. 
- Mary Fossati °16 mei 1888 en gedoopt op 20 mei 1888 in de St. Josephskerk door F. Willibrands
Hieronder: Uit "Slater's Royal National Commercial Directory of  Manchester an Salford with their vicinities" editie 1886. John Fossati wordt vermeld onder 'Cement and Plaster of Paris', maar ook onder 'Cigar Importers'  en tabakhandelaars.
Mary Bianchi verlaat na het huwelijk van haar oudste zoon Tib Street en gaat met haar andere kinderen Peter en Mary anderhalve kilometer verderop in Mary Street, Hapurhey wonen.
Ondertussen is Constant Mussely in 1881 tot pastoor benoemd in de St. James the Less parochie in Rawtenstall, een dertigtal km ten noord-westen van Manchester. Ida Messely de moeder van Constant en Maria Louisa Mussely vertrekt in 1888 uit Heule, om in Engeland bij haar oudste zoon in Rawtenstall te gaan wonen. Constant woont bij de kerk in Burnley Road. Ida overlijdt er in december 1889 en wordt er ook begraven.
Hieronder: map  Lower Booths district met de gemeente Rawtenstall 1894
Hieronder: Artikel in de Gazette van Kortrijk van 20 januari 1890. Het artikel is overgenomen uit de Gazette van Tielt. Alleen Constant Mussely, Maria Louisa Mussely met haar man en kinderen kunnen aanwezig zijn bij de begrafenis. Voor de andere zonen van Ida is het te ver om de begrafenis bij te wonen.
3. Henricus Josephus Nicolaus Mussely en Musselyville
Henricus Josephus Nicolaus Mussely, de tien jaar jongere broer van Constant is na zijn priesterwijding in 1878 bij de Redemptoristen ook vertrokken naar Engeland. In 1885 vertrekt hij naar het door Jan Catulle (geboren in Ingelmunster in 1835) in 1884 opgerichte Redemptoristenklooster in Montreal. Vijf jaar later geraakt hij in onenigheid met Catulle en op 9 april 1890 treedt hij uit de orde van de Rededemptoristen. Hij is overwerkt na 6 jaar missionariswerk en heeft problemen met zijn gezondeheid. Hij trekt in 1890 een tijd rond in de eenzaamste gebieden van Quebec en komt tijdens die trektocht op het idee om aan de 'Baie des Chaleurs' in het Bonaventuredistrict in Canada een Belgische kolonie te stichten. (voor locatie op map zie verder)
In het voorjaar van 1891 reist hij terug naar Kortrijk.In april 1891 schrijft hij naar het Departement van landbouw en kolonisatie in Quebec, en vraagt om een gebied van ongeveer 400ha ter beschikking te stellen. Hij wil er zich met een 100-tal Belgische families, goede katholieken, landbouwers en industrielen vestigen. Ze kunnen er vlas telen, echte Brusselse kant maken, lakens en canvas. Als er dan ook nog een spoorweg wordt aangelegd heeft het project een grote slaagkans. Henri Mussely is goed bevriend met een aantal politiekers uit Quebec. De minister van openbare werken Lesage vraagt hem om in België een paar families te zoeken die willen emigreren om op zijn boerderij in Hébertville te werken. Henri vindt  twee families, Verstraete en Danneels die daarrtoe bereid zijn. Ze zijn beiden verwant aan hem. De Danneels zijn familie van zijn schoonzuster Emma Clara Danneels, gehuwd met zijn jongste broer Josephus Augustinus. In Canada zijn ze eigenlijk meer voorstander van integratie van Belgische families in diverse parochies in Quebec en hopen dat Henri nog meer families kan overtuigen.
Maar Henri houdt vast aan zijn eigen idee van een kolonie. Hij probeert ook zijn eigen familieleden te overtuigen met hem mee te reizen naar Canada. De terugkeer van Henri Mussely naar Kortrijk is een gelegenheid voor Maria Louisa Mussely om na lange tijd haar broer nog eens te zien. Ze reist samen met haar man en twee jongste kinderen, Francis (5) en Mary (3) naar Kortrijk. De twee oudste zonen John Joseph (12) en Peter (10) gaan voor een tijd bij hun oom Constant wonen in de Burnley Road in Rawtenstall waar Constant nog altijd pastoor is. In Kortrijk kan Henri Mussely zijn 8 jaar oudere broer Charles Louis en zijn vrouw Philomene Vanzandweghe overtuigen om samen met hun vijf kinderen te emigreren naar de nieuwe kolonie in Canada. Charles Louis werkt als bediende en woont met zijn gezin in de Meensesteenweg. Het is heel goed mogelijk dat  Henri ook probeert zijn zuster en John Fossati mee te krijgen.
Eind augustus schrijft Henri naar Canada dat hij klaar is om terug te keren en vraagt of hij twee compagnons en een paar neven mag meebrengen om samen een klein huisje te bouwen waar ze de winter kunnen doorbrengen. De minister van landbouw Joly zendt hem een telegram met de boodschap 'Kom nu niet - We zullen later schrijven'. Maar Henri Mussely is niet tegen te houden. Hij heeft de tickets voor de overtocht al aangekocht en heel wat tijd en energie in het project gestoken. Op 24 september scheept hij dan ook met zijn metgezellen in voor zijn terugreis naar Canada. Ook zijn broer en de andere families vertrekken nog in 1891 naar Canada. In het najaar van 1891 stellen ze de akte van stichting op van de nieuwe kolonie die de naam ' Musselyville' krijgt. Een 40-tal personen ondertekenen de akte, waaronder Henri en zijn broer Charles Louis. Henri noemt de kolonie ook vaak 'La petite Belgique'. Voor Henri hangt het scucces van de nieuwe kolonie vooral af van hoeveel Belgische families er zich uiteindelijk zullen willen vestigen. Het worden er echter nooit meer dan 25 en de kolonie wordt geen (Belgisch) succes. Twee jaar later beginnen sommige Belgische kolonisten Musselyville te verlaten. Zo schrijft Charles Louis Mussely een brief naar minister Lesage met de vraag of hij een andere plaats kan vinden voor een familie landbouwers uit de kolonie.
Henri Mussely legt er zich bij neer dat de kolonie niet het succes heeft waarop hij had gehoopt. Hij blijft nog tot 1895 om de erediensten in Musselyville te verzorgen en vertrekt daaran naar Providence in Rhode Island in de USA. Zijn broer Charles Louis en zijn familie blijven wel.
Hieronder: Census Canada 1901 - Bonaventure district - Musselyville is nog geen officiële gemeente.

Charles overlijdt er in 1914. Drie van zijn kinderen zijn dan al gehuwd in Musselyville. Zijn dochter Rachel, geboren in Kortrijk op 29 april 1888 en dus pas drie wanneer haar ouders emigreren naar Canada, huwt in 1909 in Musselyville met Joseph Berthelot. Ze overlijdt in Nouvelle, een 80-tal kilometer verderop, in 1981 op 93 jarige leeftijd.
In 1899 wordt de katholieke status van Musselyville van missiepost veranderd in parochie. die de naam 'Saint-Alphonse' krijgt naar Alfonsus van Liguori,  stichter van de redemptoristen, de orde waar Henri Mussely bijbehoorde tot 1890. In 1902 wordt Musselyville een officiële gemeente in Quebec en blijft die naam houden tot 1953. Dat jaar wordt de naam veranderd in 'Saint-Alphonse'. De kolonie van Henri blijft dus bestaan. In 1911 bedraagt het inwonersaantal 481 en stijgt tot iets meer dan 1000 rond 1970. Nu zijn er nog een 700-tal inwoners. Hun bijnaam is 'des belgiquois'.
Hieronder: map met locatie van Saint-Alphonse - toeristische map Quebec 1927 -(Musselyville was te klein om vermeld te worden)
Henri wordt na 1895 pastoor in Fall River en New Bedford in Massachussets. In deel 2 van de History of New Bedford (uitgave 1918) besteedt Zephaniah W. Pease ook een hoofdstuk aan hem. Hij heeft ook met Henri gepraat, die hem inlicht hoe het met zijn familie gaat in 1918. Zephaniah schrijft ook dat het verhaal van Henri extra belangrijk is nu de USA heeft beloofd het onrecht dat België werd aangedaan door de Duitsers goed te maken.

Hieronder: New Bedford directory 1898
Henricus Mussely
4. Verhuis naar Kortrijk
Misschien krijgen John Fossati en Maria Louisa Mussely bij hun bezoek aan Kortrijk in 1891 het idee om daar een winkel te openen of misschien hebben ze er al eerder over nagedacht. John Fossati importeert Belgische artikelen die hij in Engeland verkoopt. Hij kan ook het omgekeerde doen en in Kortrijk Engelse artikelen verkopen.
Hieronder: Reklame voor een 'Belgische olielamp' , de veiligste, goedkoopste en beste die er bestaat. John Fossati is de enige importreur ervan. (Wigan Observer and District Advertiser 30/11/1889)
Er moet natuurlijk ook en gunstige locatie gevonden worden. In 1891 wonen in het nummer 37 op de Grote Markt van Kortrijk de zussen Sidonia en Elisa Dassonville. Sidonia is 54 en sedert 1869 weduwe. Haar man Felix Barbier overlijdt dat jaar in hun huis in de Overleiestraat, nadat hij besmet werd met tyfus. Elisa is nooit gehuwd. Ze zijn twee van de tien kinderen van Felix Louis Joseph Dassonville, oliehandelaar en molenaar in Kortrijk. Na 1862 raakt hij door verkeerde speculaties van zijn oudste zoon Louis in financiële moeilijkheden en moet een groot deel van zijn vele bezittingen verkopen. In de Kapucijnenstraat verkoopt hij een groot pand aan Ernest Devos en Charles Vandevenne, die er in 1884 beginnen met een maalderij 'De Molens van Kortrijk'. Na het overlijden van haar man is Sidonie Dassonville met haar twee kinderen terug bij haar vader gaan wonen in de Budastraat, waar ook haar zus Elisa nog woont. In januari 1876 overlijdt hun vader Felix. Er valt niets meer te erven en de twee zusters besluiten noodgedwongen samen een kant- en lingeriewinkel te openen.
In januari 1885 overlijdt in Kortrijk hun oudere broer Jules Constant Dassonville. Zijn vrouw is al overleden in 1877. Leon (14), Albert (13) en Marguerite (11) gaan bij hun twee tantes wonen en worden verder door hen opgevoed. Ook Paul Dassonville de zoon van hun broer Gustave, overleden in 1884 in Antwerpen komt later bij hen inwonen. Ze verhuizen naar de Grote Markt 37 en Paul Dassonville is er handelaar in kolen.
Hieronder: Gazette van Kortrijk 22/05/1892
In 1892 zijn Sidonie en Elisa Dassonville van plan te verhuizen naar de Doorniksestraat 36 waar ze een nieuwe winkel openen.
In 1890 is Marie Barbier de dochter van Sidonie gehuwd met Pierre Romain Ickx, die in de Bank van Kortrijk werkt en er in 1896 directeur van wordt, en Sidonie helpt ook met de opvoeding van haar kleinkinderen. Dat worden er uiteindelijk 8. De jongste Jacques Ickx wordt geboren in Kortrijk in februari 1910 en is de vader van Jacky Ickx, de formule 1 piloot.
Hieronder: Kaart uitgegeven door Fossati-Mussely en verzonden door Jeanne Ickx, geboren in 1894 en kleindochter van Sidonie Dassonville. Ze woonde bij het verzenden van de kaart met haar ouders in de Waterpoortstraat in de gebouwen van de Bank van Kortrijk. Misschien staat haar vader op de kaart tussen de mannen aan de ingang van de bank.
Waarschijnlijk heeft John Fossati in 1891 in Kortrijk laten weten dat hij geïnteresseerd is om er een winkelhuis op een gunstige plaats te huren of te kopen. De ligging van de winkel aan de Grote Markt is meer dan ideaal en hij aarzelt dan ook niet. In november 1892 komt het gezin naar Kortrijk. De winkel moet daarna nog ingericht worden. Een naam is vlug gevonden: 'Maison Anglaise', in het Nederlands 'Engelsch Huis'.
Wanneer de winkel exact opengaat weten we niet maar op 11 maart 1894 verschijnt de eerste publiciteit voor de nieuwe winkel in de Gazette van Kortrijk.

Gazette van Kortrijk 24/06/1894
Gazette van Kortrijk 23/12/1894
Er wordt in 1894 ook een paar keer publiciteit gemaakt in het frans. De namen Fossati-Mussely worden in die advertenties weggelaten.Hieronder uit de Gazette van Kortrijk 19 juli 1894
.
Na 1894 wordt het publiciteitesoffensief stopgezet. John Fosati besteedt veel zorg aan de etalage van zijn winkel en doet ook mee aan het extra versieren ervan voor de Witte Donderdagwandeling. In 1896 wordt hij ook vermeld op 5 april in de Gazette van Kortrijk.
De winkel situeert zich op de plaats waar de gevel van de Grand Bazar zich bevond. Zoals we eerder zagen worden in 1898-99 de eerste postkaarten van Kortrijk uitgegeven. De Grote Markt is één van de populaire zichten op de eerste kaarten. De winkel van John Fossati komt echter niet veel in beeld. bij het nemen van foto's van de kant van het stadhuis uit ligt de winkel verborgen achter het Belfort. Bij de kaarten van de Sint-Martenskerk is de foto meestal voorbij de winkel genomen. Toch vinden we op een aantal vroege kaarten de winkel terug.
Hieronder: De winkel van Fossati-Mussely bevindt zich links van de Chapellerie Française. Op de etalage links stond 'Maison Anglaise' en rechts 'Engelsch Huis'.

De kaart hierboven dateert van rond 1900. Kort daarna laat John Fossati publiciteit schilderen op de gevel, bovenaan 'Maison Anglaise' en daaronder 'Fossati-Mussely'. Rond 1905 worden een paar kaarten uitgegeven waar we de winkel duidelijk op zien. John Fossati die ook kaarten uitgeeft brengt zijn eigen winkel niet echt in beeld, zoals andere Kortrijkse uitgevers wel doen.
Hieronder: Op de kaart van Fossati-Mussely zien we links nog een deel van de winkel.
Links zien we een deel van de winkel van Fossati-Mussely

Rond 1902 begint John Fossati ook kaarten van Kortrijk uit te brengen, misschien onder impuls van zijn dochter Mary 'Mimi' Fossati die net als veel andere jonge meisjes heel wat Kortrijkse kaarten verzendt en waarschijnlijk ook verzamelt.
Hieronder: De 14-15 jarige Mary Fossati verzendt een kaart van de concurrentie.(Uitgave Van den Heuvel 25 rond 1902-03).
5. De kinderen van John Fossati en Maria Louisa Mussely
- 1. Francis Fossati °10/08/1886
Begin 1897 is ook Mary Bianchi, de moeder van John Fossati Ze is dan 71. Na hun aankomst in 1892 gaan de zonen naar het Sint-Amandscollege.In 1894 wordt Constant Mussely rector van de St. Patricksparochie in Manchester. In 1898 wordt hij deken van Manchester en in 1899 kanunnik theologaal. Zijn katholieke carrière wordt ook in Kortrijk op de voet gevolgd.
Gazette Kortrijk 05/06/1898
Gazette van Kortrijk 24/12/1899
Het is te verwachten dat minstens één van de zonen van John Fossati en Maria Louisa Mussely in de voetsporen van zijn 3 ooms Constant en Henri Mussely en Peter Fossati zal treden. Het is  Francis Fossati die dit doet. Na zijn studies aan het Sint-Amandscollege gaat hij naar het seminarie en wordt in december 1910 in Brugge tot subdiaken gewijd. In juni 1911 wordt hij diaken en op 23 december 1911 priester.
.
In juni 1912 wordt hij als leraar benoemd in het Sint-Amandscollege van Kortrijk. Hij blijft dat tot eind maart 1921 wanneer hij wordt benoemd tot onderpastoor in de Sint-Jan Baptistparochie in Rollegem-Kapelle.In 1925 wordt hij eind januari onderpastoor in de Sint-Franciscusparochie in Menen, waar hij blijft tot 15 juni 1938. Vanaf die dag is hij de nieuwe pastoor van de Heilige Kruisverheffing parochie in Lampernisse. Dertien jaar later wordt hij op 13 augustus 1945 pastoor in de Sint-Audomarusparochie in Beveren-aan-de-Ijzer. Op 5 oktober 1957 gaat hij daar op pensioen en overlijdt er in 1963.
Hieronder: Francis Fossati is in Menen graag gezien en zijn parochianen zien hem niet graag vertrekken in 1938. (De Meenenaar 8 juli 1938)

2. Peter Fossati °31/12/1880
Peter is een vlijtige leerling in het Sint-Amandscollege die regelmatig in de prijzen valt. In 1894 twee jaar nadat hij met zijn ouders in Kortrijk is komen wonen, is hij veertien. Hij krijgt op het einde van het schooljaar de 'pris d' excellence'.
Hieronder: uit Echo de Courtrai 09/08/1894
Gazette van Kortrijk 12/08/1894
Peter studeert na zijn humaniora verder voor apotheker. In 1907 is hij 27, nog ongehuwd, woont in Kortrijk en is hulpapotheker. Hij overlijdt op 27 september in het Sint-Janshospitaal in Oostende. Is hij in die periode in Oostende, wordt hij vanuit Kortrijk overgebracht naar het Sint-Janshopsitaal? Verdere informatie heb ik hierover niet teruggevonden.
Het is de tweede begrafenis voor John Fossati en Maria Mussely in 1907. Op 24 mei is Mary Bianchi, de moeder van John overleden.op 80-jarige leeftijd. John verliest dus één van zijn zonen en zijn moeder in hetzelfde jaar.
Hieronder: John en zijn oudste zoon John Joseph doen aangifte van het overlijden van Mary Bianchi.


Hierboven: John en Peter Fossati zijn de twee van de 4 kinderen van Mary die nog in leven zijn bij haar overlijden. Joseph is in 1874 overleden in Brugge en haar dochter Mary is dus ook al overleden, waarschijnlijk rond 1897, het jaar dat Mary bij haar zoon John in Kortrijk komt wonen. Peter is ingetreden bij de Benedictijnen.
3. John Joseph Fossati °09/02/1879
Na zijn studies werkt John Joseph als bediende. Hij blijft bij zijn ouders wonen tot 1910. Dat jaar huwt hij met de 25 jarige Margaretha Deconinck, dochter van Valère Deconinck. Valère is meester-behanger en heeft een winkel in de Gentkaai. Hij is nog maar een paar jaar verhuisd naar de Gentkaai. Hij komt van de Papegaaistraat (de Papenstraat) waar hij begin 1884 de 'tapissierzaak' van Dorny, waar hij werkte, heeft overgenomen.

Op de huwelijksakte wordt de achternaam van John Joseph vermeld as 'Fossato', hoewel hij ondertekent als Fossati. Ook zijn kinderen worden als Fossato ingeschreven.
Hierboven: Huwelijksakte John Joseph Fossati en Margaretha Deconinck. De moeders van de trouwers tekenen beiden met de achternaam van hun man. Joseph Ghyoot, geneesheer en Felix Demeyere, beeldhouwer zijn de twee getuigen. Felix is eind januari 1893 gehuwd met Lisa Bouttens, de zus van Alina.
Hieronder: Na het huwelijk gaan John Joseph en Margaretha in de Beheerstraat wonen.
Hieeronder: Op 6 november 1911 wordt daar hun eerste zoon 'Pieter Valeer Fossato geboren.' John Fossati gaat mee de aangifte doen van zijn eerste kleinkind. Hij ondertekent de akte met 'Fossati-Mussely'
In de Gazette van Kortrijk van 9 november 1911 wordt Pieter met de achternaam Fossati vermeld. Het blijft een raadsel waarom men vanaf het huwelijk van John Joseph in 1910 in de aktes de naam Fossato gebruikt.
Op 12 juli 1913 wordt in de Beheesrtraat een tweede zoon geboren, Paul John. Op 29 april 1915 volgt een derde zoon, Joannes Francis. Het gezin verhuist daarna naar de Overleistraat 6. Joannes Francis overlijdt er op 16 september 1916. Hij is dan 17 maand. Op 14 juni 1917 wordt opnieuw een zoon geboren. Hij krijgt de voornamen John Franck. Dokter Joseph Ghyoot gaat de aangifte van de geboorte doen. Vader John Joseph is te ziek om dat zelf te doen. In de geboorteakte wordt vemeld dat hij 'beddende' is. Het gaat waarschijnlijk om een ernstige en langdurige ziekte, want John Joseph overlijdt op 13 september 1918 op 39 jarige leeftijd.
Hieronder: Twee jaar voordien is ook John Fossati overleden op 24 september 1916. Na zijn overlijden blijven Maria Mussely en dochter Mary Fossati de winkel openhouden op de Grote Markt.
4. Mary Fossati °16 mei 1888
Mary blijft na het overlijden van haar vader in 1916 de winkel openhouden, samen met haar moeder. In de oorlog zet ze zich in Kortrijk in voor Engelse piloten die werden neergehaald.
Hieronder: Mary doet in de Leiewacht van 11 oktober 1919 nog een oproep voor inlichtingen over Joseph Pacey die op 29 juli 1918 boven Kortrijk voorbijvloog, daarna werd neergehaald maar zijn vliegtuig aan de grond kon zetten.
Hieronder: Mary krijgt ook een eervolle vermelding voor haar hulp aan Britse piloten gedurende de Eerste Wereldoorlog. Ze wordt op 30 maart 1920 opgenomen in de lijst met personen die zich bijzonder hebben ingezet.
Op 21 januari 1928 overlijdt ook Maria Louisa Mussely, de moeder van Mary. Ze is bijna 81. Mary Fossati is 40 en houdt verder alleen de winkel open. Het is niet bekend waar en wanneer ze overleden is.
Hieronder: 'Maison Anglaise" (links vd winkel met opschrift Musique)
Het overlijden van Constant Mussely
De broer van Maria Louisa Mussely keert niet meer terug naar België. Hij blijft in Manchester en overlijdt er op 13 november 1910, op 69-jarige leeftijd.
Hieronder: Het overlijdensbericht van Constant Mussely verschijnt ook in de Gazette van Kotrijk op 17 november 1910. De Gazette vermeldt (verkeerd) de 14e als overlijdensdatum.
Wat gebeurde er  verder met de Fossati's in Kortrijk?
Alleen de oudste zoon van John Fossati en Maria Louisa Mussely krijgt dus kinderen. Vier zonen, waarvan er één al heel jong overlijdt. Blijven over:
- Pieter Valeer Fossati - Fossato °1911
- Paul John Fossati - Fossato °1913
- John Franck Fossati - Fossato °1917
Wat er men hen gebeurt is niet bekend. De wet op de privacy die verbiedt dat bevolkingsregisters jonger dan 120 jaar mogen ingeken worden, belet ook vast te stellen wanneer ze Kortrijk verlaten en waar ze naar toe gaan. Van de oudste Pieter Valeer weten we wel dat hij op 21 januari 1980 overlijdt in Provins in Frankrijk. Dat werd in Kortrijk naast zijn geboorteakte genoteerd. Provins is een klieine gemeente ongveer 90 km ten noordoosten van Parijs.
De naam Fossati zou in Kortrijk dus al lang vergeten zijn, maar hij prijkt in combinatie met die van Mussely nog altijd op de kaarten van Kortrijk die ze uitgaven en waarvan er nog heel wat in omloop zijn.
Hieronder: In 1908 sticht John Fossati samen met 4 andere heren een nieuwe 'Pickwick Club". Hun vergaderlokaal is in Café de la Poste.
Hieronder: In 1898-1899 liet John Fossati weer publiciteit voor zijn winkel plaatsen in de Gazette van Kortrijk.
In de volgende berichten: de reeksen met zichtkaarten van John Fossati en Maria Louisa Mussely
.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten